Wandelen in winters wonderschoon langs de Giessen en de Linge
Bevroren haar en winterpracht in 55km
Als om 04.00u de wekker gaat, heb ik wel een beetje spijt. Aan de andere kant heb ik toch al weinig geslapen, en kan ik er maar beter uitgaan, want ik lig mezelf alleen maar te ergeren aan dit feit. Slaapdronken schiet ik in 10 lagen kleding deze winterochtend (want: gevoelstemperatuur -4 volgens de weersvoorspelling). Vervolgens hete thee en koffie in thermosflessen schenken, en alle andere zooi in de tas proppen. Steef is zo lief me midden in de nacht een eindje verderop in Sliedrecht af te zetten. Ik wijs een verlaten weg aan die dicht bij de route ligt die ik heb uitgestippeld.
Als Steef wegrijdt sta ik in m’n remi op een verlaten weg in het pikkedonker, in de vrieskou midden in de nacht. Ik lijk wel gek. Er staat 55km op de planning vandaag, en ik heb vanavond nog mijn meditatieavond, dus ik moet wel op tijd vertrekken om het überhaupt op tijd te halen. Het plan is naar Geldermalsen te lopen en daar met de trein terug te gaan.
Dystopische gevoelens
Het is compleet stil om me heen, en er ligt een dikke laag mist over de wereld. Ik rits m’n jas dicht en trek m’n muts, colletje en handschoenen aan. Ook mijn hoofdlampje vis ik uit mijn tas, om vroege vogels en nachtbrakers te waarschuwen dat er een verloren ziel langs de weg loopt. Ik begin mijn route buiten Sliedrecht, waar ik naar Hardinxveld loop. Als de HSL langskomt knetteren de elektriciteitskabels door de vochtige mist, wat groenblauwe lichtwolken geeft en me een dystopisch gevoel geeft.
De eenden en zwanen schrikken van mijn aanwezigheid en vliegen snaterend weg uit hun slootjes. De dorpen bij Hardinxveld en de Giessen zijn schattig en ik geniet, ondanks het tijdstip en de kou, van de mooie geveltjes, oude boerderijen en schattige huisjes. Hier en daar vang ik een glimp van leven op, van mensen die zich klaarmaken voor het werk, of hun auto staan te krabben.
Fantaseren over andermans leven
Ik geniet er altijd van om verhalen te maken bij de taferelen die ik zie. Wat zouden die mensen gaan doen, wat zouden ze zeggen? Ik zie een opa met (denk ik) kleinkinderen naar tekenfilmpjes kijken. Een man in een grote villa die in zijn boxershort in de keuken rommelt, een vrouw peinzend over de eettafel geleund en naar haar telefoonschermpje turend. Wat zouden ze denken, wat zijn hun dromen, hun plannen, hun trauma’s?
De wereld in zwart-wit
Het is zo koud, dat mijn handen direct verkrampen als ik even mijn handschoen uittrek. Ik zie nu al op tegen wildplassen. Omdat ik weet dat hete thee helpt om van binnen te verwarmen, neem ik toch een kleine break om een kop hete thee naar binnen te gieten. Alle potentiële zitplekjes zijn stijf bevroren en zitten vol rijp. Als ik opgewarmd daarna de dorpjes achter me laat, kom ik in het buitengebied van de Giessen. Het is werkelijk prachtig. De wereld is bedekt met een dikke laag rijp, waardoor alles in zwart-wit tinten oogt. Het is nog donker, maar achter de wolken doet de zon zijn best om zijn licht te schijnen, hoewel hij nog niet te zien is. Door de mist hangt er een mystieke sfeer. Slootjes, dorpjes in de verte, een molen… ze worden opgeslokt door de mist, waardoor lijnen vervagen en alles een zachte uitstraling krijgt.
Het is volle maan, en het maanschijnsel verlicht de wereld op dit moment misschien nog wel meer dan de zon die opkomt. Ik maak foto’s en vergaap me aan de winterse pracht. In stilte hoor ik het knisperen van de bevroren grond, geniet ik van de watervogels die snaterend en gakkend laten weten waar ze zich verstopten. Omdat het windstil is, zijn de wateroppervlaktes spiegelglad, waar in de ondiepe stukken ijs ligt.
Fysieke ongemakken
Ik krijg trek en pauzeer door op een vuilniszak op een bankje te gaan zitten. Daar ontdek ik dat mijn jas en tas inmiddels ook zijn bevroren en bedekt zijn met een laagje ijs. Een uurtje later ontdek ik dat ook mijn haar wit is van de rijp. Over de weilanden zie ik hazen sprinten en ik hoor de eerste vogels een nieuwe dag inluiden. In dit gebied ben ik slechts één iemand tegengekomen, het is een zeldzame rust.
Als ik op ongeveer 25km zit, heb ik spijt van de crossfit les de dag ervoor. Ik voel mijn benen langzaamaan protesteren en heb zelfs het idee dat zich voor het eerst een blaar aan het ontwikkelen is. Mijn linker kuit voelt gespannen, terwijl mijn rechterknie juist af en toe gevoelig is. Ik vermoed dat het met de wegverkanting te maken heeft: ik loop op veel kleine weggetjes en dijkweggetjes, waar de weg aan de zijkanten naar beneden toe loopt. Daardoor loop ik ongelijk, met de ene voet hoger dan de andere. Ik probeer daarom de route afwisselend links en rechts te lopen, en dat helpt om de belasting beter te verdelen. Toch valt deze wandeling me zwaarder dan de vorige 3, wat me een nieuwe les geeft: geen workouts de dag voor zo’n wandeling.
Culturele indrukken
Ik slinger mijn route langs de Giessen en later langs de Linge. Ik kom op stukjes die ik eerder met mijn vader liep met de Waterlinieroute. Het geeft houvast om te weten dat ik simpelweg de rivier kan volgen. De geplande oversteekjes met een voetveer gaan niet door, want de veer is pas vanaf april geopend. Geen probleem, want ook aan deze kant van het water is het prachtig. Op mijn route kom ik maar liefst 3 musea tegen: de Koperen Knop, het Glasmuseum en het Bijbelmuseum. Ook loop ik dorpjes in waar ik het bestaan niet van af wist, zoals Gellicum, Rumpt, Beesd en Tricht.
De kringloop in volle glorie
Als rond half 11 de zon eindelijk aan kracht wint, is het magisch wat er gebeurt. Het lijkt alsof de wereld van zwart-wit film ineens een kleurenfilm wordt. De lucht verandert van een dik wolkenpak in een strakblauwe hemel, en alle planten krijgen hun warme kleuren terug. Het ijs op de planten, gras en grond zie ik voor mijn ogen wegsmelten. Waar de schaduw reikt, blijft het wit, op de andere plekken komt de kleur terug. Ik loop onder een laantje met bomen door, waar het lijkt te regenen door het smeltende water dat druppelend uit de takken valt. In de berm zie ik damp van het gras afkomen als de zon erop schijnt. Het ijs dat eerder nog het water bedekte, is al vrijwel verdwenen. Het is een prachtige demonstratie van de kringloop van het water.
De laatste kilometers
Ik pauzeer bij fort Vuren en wordt getrakteerd op een luidruchtig vogelconcert in de plaatselijke boom. Ik vraag me af waarom alle vogels in dezelfde boom gaan zitten, en wat hun criteria is voor de uitverkoren boom? De lente hangt in de lucht voel ik nu, en ik prop mijn dikke jas, muts en sjaal in de tas. Zolang ik blijf lopen is een dikke trui warm genoeg nu. Langs Geofort en de genoemde dorpjes bereik ik uiteindelijk mijn eindbestemming: station Geldermalsen. Tot mijn frustratie moet ik echter nog 4 kilometer om aan de 55 te komen. Ik maak een lus buitenom, maar zit pas op 53,5km. Even twijfel ik, maar ik besluit het op bijna 54 voor gezien te houden, zodat ik mijn trein op tijd haal.
Uiteindelijk heb ik er 11:44u over gedaan. Voor de 60km loop ik mee met een georganiseerde wandelroute: de 56e OLAT winterserie, die start in Sint-Oedenrode. Het lijkt me fijn om eens een lange tocht met wat meer mensen tegelijk te lopen. Ik merk dat het boven de 40km fysiek uitdagend wordt, en boven de 50km vooral richting afzien gaat. Ik ben er nog niet uit hoe ik de afstanden boven de 60km ga trainen qua tijdsbestek: in de nacht beginnen, of juist de nacht in lopen? Het laatste heeft denk ik mijn voorkeur maar ook wat logistieke uitdagingen. Wordt dus vervolgd.