Spanje gr7 dag 10 Antequera
Mediteren onder de maan en de sterren, tussen de bergen. Een magisch moment. Op deze momenten staat de tijd stil, voel ik me vervuld en compleet. Terwijl de kraaien een wedstrijdje doen om wie het hardst kraait om de zon op te doen komen zet ik de eerste stappen op mijn wandeling in een wereld die nog in een staat verkeert tussen nacht en dag. Met de maan nog aan de hemel krijgen de rotsen langzaam hun kleur terug van de zon. Die twilight zone, zo mooi. In het bos, met die zachte grond onder mijn voeten, voelt het bijna of ik op sloffen loop. De bodem is bedekt met zachte naalden van alle naaldbomen hier. En die geur, die door de warmte nog meer vrij lijkt te komen. Het werkt rustgevend. Geruststellend, die etherische oliën die ik op die manier opsnuif. Ik eet amper groente, maar misschien krijg ik op deze manier toch iets goeds binnen.
Uitzonderlijke aanhoudende hitte in Spanje
Vandaag sta ik vroeg op en geniet van het rijzende licht in de omgeving van el Chorro, met zijn steile rotswanden overal. Het pad slingert de eerste uren omhoog, waar ik de eerste uren gelukkig een tijdlang in de schaduw van de bossen wandel. De Nederlandse krant schrijft over de aanhoudende hitte in het zuiden van Spanje die maar niet lijkt te eindigen. Het is inderdaad elke dag bloedheet, wat een vreemde ervaring is in oktober. Binnen no time druipt het zweet weer van me af.
Via Valle de Abdalajis naar Antequera
Ik loop twee etappes uit het wandelgidsje vandaag. De eerste etappe is zo’n 10km tot aan Valle de Abdalajis, waar ik van plan ben lekker fruit en vooral meloen in te slaan. Daar heb ik al dagen zin in, mijn lichaam hunkert naar verse voeding met vitamines. Ook moet ik mijn flessen vullen. Als ik het dorp in loop, blijkt de drinkfontein droog te staan. Na lang zoeken vind ik een verstopte bar waar ik vraag om mijn flessen te vullen. De barman stuurt me echter sacherijnig weg en ook de plaatselijke agenten tonen zich weinig behulpzaam en verwijzen me ongeïnteresseerd naar de winkel om water te kopen. Vooruit dan maar, dit dorp stroomt niet bepaald over van gastvrijheid of behulpzaamheid, en het zoeken naar water kost me daardoor meer tijd dan ik wil. Zodra ik een halve meloen uit de supermarkt naar binnen heb gewerkt, laat ik het dorp achter me en zet de klim weer in.
Vliegen: een zenoefening
Er lijkt maar geen einde te komen aan de hoogtemeters deze tocht. Ook vandaag staan er zo’n 1300 op het menu. Ik ruik mezelf al, en de vliegen zwermen om me heen. Het oude zweet uit de banden van mijn rugzak ruikt zurig, en blijkt een grote aantrekkingskracht op vliegen te hebben. Ik erger me regelmatig aan het eeuwige gezoem en het feit dat ze vlak voor mijn gezicht blijven hangen, of met regelmaat ineens een ongevraagd bezoek brengen in mijn neus, mond of ogen. Het is een grote zenoefening om niet knettergek te worden van de tientallen nerveus vliegende insecten. Af en toe verlies ik mijn geduld en sla ik driftig met mijn pet naar de vliegen, die onverstoorbaar uitzwenken om direct hun oude positie voor mijn gezicht of onder mijn oksel terug in te nemen. Andere momenten lukt het me beter, en adem ik rustig door, mijn aandacht verleggend van irritatie die ik projecteer op de beestjes, naar waar ik het wil hebben. Bij mijn voeten, bij de omgeving, bij mijn ademhaling. En dan, na uren, besef ik verrrast dat de vliegen ineens weer weg zijn. Een bevestiging dat alles voorbij gaat. In dit geval een geruststelling.
Terug in het hier en nu getrokken
Het landschap bestaat weer uit boerenlanderijen met olijfboomgaarden en kale vlaktes. Hier en daar staat een huisje. Soms schrik ik wakker uit mijn sluimertoestand, veroorzaakt door de uitputting, hitte of dorst, doordat een waakhond vanuit het niets ineens hard begint te blaffen. Het doet me denken aan wat Rients Ritskes vertelde over vroegere zen monniken, die na de oorlog daar soms met stokken werden geslagen om ze weer in het hier en nu te krijgen, omdat ze de neiging hadden zich te verliezen in herbelevingen van oorlogstrauma’s. Die honden hier doen een aardig vergelijkbare taak: de woest blaffende hond trekt me in één keer weer in het hier en nu, met mijn aandacht weer in mijn lichaam en bij mijn omgeving. Een siddering gaat over mijn lichaam, mijn hart bonkt in mijn borstkas en ik voel de tintelingen langzaam door mijn armen kruipen. Langzaam zakt de spanning naar beneden, alsof het wegvloeit via mijn voeten de aarde in. Ik ben weer wakker en alert.
Waar denk ik aan?
Waar ik dan eerder met mijn gedachten zat, vind ik lastig terug te halen. In zulke hete omstandigheden, zeker wanneer ik bergopwaarts loop, loop ik voornamelijk op de automatische piloot. Mijn lichaam functioneert vanzelf, die weet precies wat het doen moet, plaatst de ene voet voor de andere, waardoor ik tijd heb om weg te drijven. De ene keer met dagdromerijen, de andere keer met het oefenen van Spaanse zinnetjes in gedachtes. Soms komen er associaties of interessante gedachtes en ideeën op, die ik vervolgens net zo snel weer vergeet. Op andere momenten blijven er liedjes in mijn hoofd zitten of denk ik aan thuis.
Thuis…
Thuis is trouwens een ruim begrip. Met momenten kan ik het missen om thuis te zijn en vraag ik me af wat me bezielt om hier moederziel alleen te lopen, in de bloedhitte een berg op te klimmen met 20kg bepakking, als ik ook gewoon thuis bij mijn gezin kan zijn. Dan zie ik enkel de dingen die ik op dat moment mis: het comfort, de gezelligheid, geliefd worden. Ik schakel bewust de dingen uit waar ik niet naar verlang. De eeuwige bergen was, de haastige ochtenspitsen, het geregel rondom werk, de kou en regen… Ik weet dat zodra ik thuis ben, de realiteit een stuk minder rooskleurig is dan ik me nu voor de geest haal. Gevalletje het gras is altijd groener bij de buren. Steeds meer besef ik, dat je maar beter gelukkig en tevreden kunt zijn in het moment, waar dat ook is, omdat het een utopie is dat geluk buiten onszelf te halen is.
Leven zonder antwoorden
Soms mijmer ik ook over de periode na de reis: wat ga ik ermee doen, komt er snel een vervolg, zal de reis me veranderen en op wat voor manier, wat moet ik straks op werkgebied allemaal en wil ik dat wel? Welke veranderingen staan er nu op stapel nu we het stuk grond in Slovenië gaan kopen en Steef zijn baan gaat opzeggen en voor zichzelf gaat beginnen? Kunnen we alles nog wel betalen, gaan we het financieel redden? Er komen veel vragen, maar weinig antwoorden. Misschien hoopte ik dat deze tocht me meer duidelijkheid zou geven. Over wat te doen, wat ik wil, hoe ik zaken moet aanpakken. Ik ben benieuwd of dat nog komt, en zo niet, wat dat dan weer voor gevolgen heeft.
But darling, what if you fly?
Leven met vragen zonder antwoord, leven met twijfels en onzekerheden. Het zijn voor mij oude bekenden die mij deze tocht vergezellen. Misschien is dat wel deel van de oefening, om er oké mee te zijn dat ik geen antwoorden krijg, geen duidelijkheid, geen zekerheid. Want puntje bij paaltje is dat ook wat het leven is. Het vraagt ook om vertrouwen, om het leven aan te gaan met een zekere speelsheid. Steeds meer zie ik het leven als een avontuur, en naarmate ik ouder word neem ik het gek genoeg steeds minder serieus. Of nouja, dat klopt niet helemaal. Ik maak me er in ieder geval minder druk om hoe zaken uitpakken, in de wetenschap dat we toch geen controle hebben. Het geeft me de moed om beslissingen te nemen en keuzes te maken die ik eerder nooit had gedurfd, om dezelfde redenen. Want wat nou als het wél goed uitpakt?
Behoefte aan voedsel
Mijn lichaam voelt sterk en fit. Ik loop en loop, doe de ene klim na de andere en voel dat mijn lijf genoeg energie heeft, dat mijn voeten en benen sterk zijn. Ik krijg nu ook af en toe meer trek, hoewel eten eigenlijk nauwelijks een thema is waar ik mee bezig ben nu. Ik vergeet soms vooruit te plannen en eten te kopen voor bijvoorbeeld de volgende dag. En meestal heb ik geen zin om te koken, dat zal ook wel door de aanhoudende warmte komen. Mijn zakje gezouten amandelen gaat al dagenlang mee, een enorm contrast met hoe dat thuis zou gaan, waar het in no time leeg zou zijn. Ik merk dat mijn lichaam meer behoefte krijgt aan vers voedsel, groente en fruit. Ik blijf het mooi vinden hoe ik steeds beter raak afgestemd op mijn lichaam door de dagen heen, doordat alle afleidingen nu zijn weggevallen.
Wildkamperen en douchen
Het wildkamperen vind ik echt te gek om te doen, maar er is één groot nadeel: niet kunnen douchen. Als ik bezweet en plakkerig moet gaan slapen, doe ik vrijwel geen oog dicht, hoe moe ik ook ben. De zonnebrand werkt als een lijmlaag, en trekt nog eens extra dikke lagen stof, zand en vuil aan, wat mijn benen aan het einde van de dag bruinzwart kleurt. Campings zijn schaars op de route, dus die douches zal ik op andere plekken moeten vinden. Vandaag loop ik naar Antequera, de grootste stad op de GR7, daar moet toch wel een douche te vinden zijn? Hopelijk kan ik daar ergens douchen en dan doorlopen naar een slaapplek voor mijn tent buiten de stad.
Antequera
Dus bel ik aan bij een fitnessclub als ik in Antequera aankom, en leg in het Spaans mijn situatie uit. De club blijkt echter een personal trainer zonder doucheruimte. Hij praat in sneltreinvaart terug, waar ik hem enkel meewarig aanstaar, en de bottom line begrijp dat hij geen douche heeft. Ik zoek opnieuw. Het zwembad blijkt dicht, maar er zit een crossfitbox op loopafstand. Daar leg ik opnieuw in het Spaans uit dat ik graag wil douchen en ditmaal heb ik succes! De box beschikt over, weliswaar koude, douches, en ik word vriendelijk meegetroond en gevraagd of ik nog iets nodig heb. Ik jubel nu ik weer schoon ben en de weg vervolg, ondanks het feit dat ik in no time weer opnieuw loop te zweten. Antequera is een mooie stad, met een kasteel bovenaan, en oude stadsmuren, die ook allerlei lokale wandelroutes in de buurt heeft.
Picknickplek, ideaal!
Het is nog zo’n 1,5 uur lopen tot mijn beoogde kampeerplek op een picknickterrein. Ik geniet van de ondergaande zon en het gouden uurtje en merk op dat ik helemaal geen rugpijn meer heb en me ook nog niet echt moe voel. Mijn lichaam past zich duidelijk aan. Ik heb mazzel, want ik kom met het laatste daglicht aan op de picknickplek waar ook wat andere campervans staan, en zet met het laatste licht mijn tentje op. Ik ervaar de luxe om aan een heuse picknicktafel te kunnen eten, waar ik een blik witte bonen in tomatensaus opwarm en een stuk meloen eet. Ik voel me gelukkig in deze mooie omgeving, mijn huisje dat knus onder de bomen staat en het vooruitzicht van een korte wandeldag morgen, met voldoende tijd voor een uitstapje naar het natuurreservaat El Torcal, een gebied dat bekend staat om zijn spectaculaire krijtrotsformaties in de meest grillige vormen.
Ik ben oké
Ik mediteer met de zin ‘ ik ben oké’ . Ik voel in eerste instantie weerstand om met deze zin te mediteren. Als ik eenmaal begin, schokt mijn lijf regelmatig en voel ik die weerstand in mijn lichaam. Het geeft verdriet en troost tegelijk, deze zin, wat ik vooral fysiek merk. Ook komt bij me op dat je als reiziger geen oordelen krijgt, enkel interesse zo nu en dan, geen vraag naar wie je verder bent, maar alleen waar je heen gaat of wat je nu doet.